







|
Na ruim 40
jaar, duizenden transacties en taxaties verder, kan André
Kerkhof heel wat vertellen. Daarom is het wel is het aardig om
uit die rijke ervaring wat anekdotes op te halen zoals
onderstaand.
Geprobeerd
wordt om de verhalen regelmatig aan te vullen en ook om enige
actuele zaken toe te voegen.

|
GEVOLGEN VAN EEN TAXATIERAPPORT …
Het leek een makkelijke klus te worden: de directrice van het
bedrijf had nog een taxatierapport van een paar jaar geleden,
het onroerend goed was sinds die tijd alleen maar meer waard
geworden en het bankkrediet hoefde maar "iets" verhoogd te
worden. Na de koffie werden de panden "ter plaatse opgenomen"
zoals dat zo mooi heet. Het buitenterrein lag er een beetje
rommelig bij, maar dat kwam wel meer voor bij bedrijfspanden.
Omdat het om een bedrijf ging met nogal wat chemische
toestanden, zou dat straks extra onderzoek betekenen naar
mogelijke bodemverontreiniging.
Terug op kantoor het taxatierapport van de collega bekeken, dat
zag er allemaal heel redelijk uit met een behoorlijke
omschrijving, gepaste berekeningen en zowaar ook enkele
vergelijkingsobjecten in de buurt.
Voor dat er een handtekening onder een taxatierapport wordt
gezet, dien je als taxateur ook zelf te onderzoeken. Daarom maar
gegevens opgevraagd bij het kadaster, de gemeente en de
provincie. Er bleek wel wat verontreiniging te zijn, maar het
viel verder wel mee. Anders was het met de kadastrale
informatie: de grond bleek geen eigendom van het bedrijf te zijn
maar van de gemeente, met het bedrijf als erfpachter. Hoewel
erfpacht op dat bedrijventerrein sporadisch voorkomt, was het
een beetje wonderlijk dat in het eerder taxatierapport van de
geachte collega met geen woord over erfpacht werd gerept. Een
bedrijfspand zonder onderliggende grond is nu eenmaal minder
waard dan met de ondergrond.
Een tijdje later reed ik weer langs het pand. Het bedrijf was
verdwenen. De bank wilde niet vertellen of dat kwam door mijn
taxatie of door iets anders. Nu, vele jaren later, moet ik er
nog wel eens aan denken.

|
VERTALING VAN EEN TAXATIERAPPORT …
Verreweg de meeste woningen zijn best wel gezellig en knus. Je
komst is van tevoren aangekondigd, alles is aan kant en de
koffie staat meestal klaar, hoewel het nuttigen van dat laatste
de hele dag door fysiek een onhaalbare zaak is.
Af en toe is het anders: de voordeur is geblokkeerd door de
kattenbak, via de garage moet je slalommen om in de woning te
komen, in de woning zijn vijf of zes kinderen druk bezig om de
komst van een onderhoudsploeg drastisch te versnellen, vaatwerk
is er genoeg zoals je ziet in de keuken, linnengoed, beddengoed
en kleding kan lang niet allemaal in de kasten, dat matrassen op
een bed liggen is achterhaald evenals het opmaken van bedden en
dat een badkamer wordt gebruikt voor waterballet is heel
logisch.
Als zo'n woning wordt geveild, of gewoon verkocht moet worden,
hoe gaat dat dan? Voor een taxatierapport is het niet zo
moeilijk: de wijze van bewoning wordt ingevuld met "de woning
wordt intensief bewoond".
Nu weet de beoordelaar van een taxatierapport hoe hij die
zinsnede moet vertalen.

|
DE VALKUIL VAN DOE-HET-ZELVEN …
In Den Haag gebeurt het: daar worden regeltjes verzonnen, een
grote rijstebrijberg.
Nu de woningmarkt stagneert en gemeenten moeilijker van hun
bouwgrond afkomen, is het particulier opdrachtgeverschap naar
voren gehaald om het bouwen te stimuleren. Een ideaal idee: de
mensen zelf laten bepalen in wat voor huis zij willen wonen.
Zelf (laten) ontwerpen, zelf de bouwvergunning (laten)
aanvragen), zelf de aannemer uitzoeken, zelf de materialen
inkopen, zelf de bouw begeleiden, zelf ...
Je kunt het ook met meerderen doen en dan wordt het Collectief
Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). Weg
met die standaard woningtypes die iedere ontwikkelaar wel uit
een of andere lade weet te toveren. Weg met al die
kostenverhogende tussenfases als ontwikkelingskosten, onnodige
kostenverhogende winsten, verkoopkosten, makelaars, giga-dure
meerwerkopties en ga zo maar door. Zelf het ideale huis (laten)
ontwerpen en bouwen: de ultieme droom.
Op de televisie is het al geweest: die mooie voorbeelden van
door mensen zelf bedachte en in eigen opdracht laten bouwen
woningen op het zelf gevonden stukje grond.
Het wordt beslist een vervolgserie op tv: die zielige
particulier die niet opgewassen was tegen die aannemer; die toch
net niet de goede materialen wist in te kopen; die er te laat
achter is gekomen dat een huis (laten) bouwen niet iets is dat
je er "even" bij kunt doen. Terwijl adequate begeleiding bij CPO
zeer goed mogelijk is.

|
JEUGDHERINNERING
Hééél lang geleden
(ik was toen 5 jaar) woonde ik met mijn ouders in een bovenwoning. Niet
zo maar een bovenwoning, maar een grote bovenwoning. Zo een waar je nog
van de trapleuning af kon glijden. En waar mijn vader in de keuken
vliegers kon maken. En waar je ’s zondagsochtends krijgertje kon spelen
rond het bed van papa en mama.
Wat minder lang
geleden: de buurwoning was verkocht. Precies dezelfde woning, maar dan
in spiegelbeeld. Voor de hypotheek was een taxatie nodig en dat was dè
gelegenheid om zo’n woning weer eens van binnen te zien.
Het weerzien werd een
desillusie. De trapleuning was ongeveer anderhalve meter lang, in de
keuken stond wegens plaatsgebrek het kooktoestel op de tafelkoelkast, in
de grootste slaapkamer paste nauwelijks een twijfelaar.
Afmetingen uit je
jeugd groeien wel in de herinnering, maar niet in werkelijkheid.

|